Rollende golven

Voor het eerst in 5 weken tijd trek ik overdag mijn schoenen aan. Niet omdat het te koud zou zijn om op blote voeten te lopen. Om mij schrap te zetten. Het is alsof ik een berg moet beklimmen, wanneer ik van de ene kant van mijn hut naar de andere wil. Een afstand van 80 centimeter. De goede golf afwachtend, waag ik de oversteek.

In de salon is het doorgaans stil, maar vandaag stuiteren de bekers over de vloer, rinkelt het servies in de gootsteen en slingeren de boeken de bibliotheek uit. Kermis is het, in het kwadraat. Aeolus doet zijn best en blaast met een dikke 30 knopen (7 Bft) vanuit het noordoosten. Neptunus doet niet voor zijn maat onder en gooit er een metershoge zee tegenaan. Wij zijn speelbal van de twee en worden van stuurboord naar bakboord gesmeten.

Wanneer ik mij van mijn hut voorin naar de kuip heb geslingerd, neem ik het roer over van maat Peter. De lucht is strakblauw. De zon aangenaam warm. De golven onvermoeibaar. Schuin van achteren komt de zoveelste aangerold, minstens zo hoog als onze stuurhut. Wanneer hij op het punt staat over de reling te duiken, drijft het schip omhoog. De golf schiet onder ons langs en komt aan bakboord briesend weer boven. Het water klotst door het gangboord.

De kapitein komt naar buiten en doet zijn best om op het bankje naast mij te blijven zitten. “Wat een heerlijke dag”, zegt ie. En dat is het.

Een enerverende dagDierendag

Deel dit bericht